Elk land heeft zijn eigen versie van de appeltaart. In Slovenië snijden ze de appels niet, maar gebruiken ze een kaasrasp. De Franse traditionele appeltaart is natuurlijk de welbekende ‘tarte tatin’ en de Italiaanse ‘torta di mele’ is meer een cake met appel erin. Het leuke van een appeltaart is dat iedereen het kan. Het is namelijk helemaal niet moeilijk! Lees snel verder voor een recept voor klassieke, Hollandse appeltaart.
Ingrediënten deeg:
– 300 gram bloem
– 210 gram roomboter
– 110 gram basterd
– 20 gram ei
– 3 gram citroenrasp
– 4 gram zout
– 1 eetlepel kaneel
Ingrediënten vulling:
– 7 appels
– 75 gram rozijnen
– 90 gram fijne kristalsuiker
– 3 gram citroenrasp
– 4 theelepels kaneel
– 3 eetlepels custard
– Handje kapselkruimels of paneermeel
Bereidingswijze:
1. Het maken van een zetdeeg is heel eenvoudig. Je begint met het kneedbaar maken van de roomboter, zodat je aan het eind geen klonten boter hebt in het deeg. Je kunt het deeg in een machine maken met deeghaken, maar ook op het aanrecht met de hand gaat het prima. Meng de roomboter met de suiker, het citroenrasp en het zout tot een geheel.
2. Maak een kuiltje in de massa en giet daar het afgewogen ei in. Meng dit tot een geheel. Het resterende ei kun je zometeen gebruiken voor het bestrijken van de appeltaart.
3. Nu kun je de bloem en kaneel in één keer toevoegen. Kneed het door totdat er een deegje ontstaat. Rol er een pil van en verpak deze in plastic folie. Het kan zijn dat het deeg wat slap is. Dat komt door de warmte van je hand. Als het niet lukt er een pil van te rollen, kun je er ook een bol van maken. Leg het deeg in de koelkast om het op te laten stijven.
4. Ondertussen kun je gaan beginnen met de vulling voor de appeltaart. De suiker, kaneel en citroenrasp kun je bij elkaar afwegen. Weeg de rozijnen af en wel deze. Je kunt ook alvast de oven voorverwarmen op 180 graden Celsius.
5. Schil de appels en snijd ze in kleine stukjes.
6. Meng de stukjes appel, de gewelde rozijnen, de suiker, de kaneel en het citroenrasp in een grote kom door elkaar en voeg de custard toe.
7. Vet de bakvorm (20 cm doorsnede) in. Bestuif het werkblad met bloem en rol het deeg op tot een plak die groot genoeg is om de binnenkant van de vorm te bekleden.
8. Strooi een handje paneermeel of kapselkruimels op de bodem van de beklede vorm.
9. Vul de vorm met de appelvulling. Het deeg dat over is, kun je voor de bovenkant gebruiken.
10. Bestrijk het deeg met het resterende ei. Zet de vorm voor 50-60 minuten in de voorverwarmde oven.
