Blind bakken? Betekent dat dat je probeert te bakken met je ogen dicht? Nee, het is een term die wordt gebruikt in de bakkerij en in de keuken. Blind bakken houdt in dat je de bodem van een taart bakt, voordat de vulling erin gaat. In plaats van een vulling bedek je het deeg met een bakpapiertje en bijvoorbeeld gedroogde bonen, zodat de taartbodem zijn vorm behoudt tijdens het blind bakken. Dit wordt ook wel een steunvulling genoemd. Maar waarom bak je eigenlijk blind en hoe gaat dat dan precies in zijn werk?
Waarom blind bakken?
Blind bakken doe je voor zowel zoete als hartige taarten, oftewel quiches. Meestal wordt zanddeeg blind gebakken, maar ook bij deeg voor vlaaien en korstdeegproducten kan deze techniek worden toegepast.
Er zijn vier belangrijke redenen waarom je blind bakt:
1. Als je niet wilt dat de taartbodem omhoog komt in de vorm tijdens het bakken. Dat houdt in dat er een soort luchtbubbels ontstaan in het deeg. Echter wordt tegenwoordig in de bakkerij meestal een korstprikker gebruikt om gaatjes in het deeg te prikken, zodat dit probleem wordt tegengegaan. Vooral bij korstdeeg is het noodzakelijk om het deeg te prikken, want daarbij ontstaat in de oven natuurlijk veel volume.
2. Als je een taart gaat maken waarvoor alleen de bodem gebakken hoeft worden. De taartbodem vul je na het bakken met bijvoorbeeld slagroom, bavaroise, fruit of ijs. Let er wel op dat de baktijd dan langer is dan wanneer je de taartbodem nog een keer zou bakken, zoals bij een quiche.
3. Als de vulling in de oven sneller zal garen dan de taartbodem. Bij het maken van cheesecake of pompoentaart bak je de bodem al snel te kort, omdat de vulling al perfect gegaard is. Het gevolg is een zachte bodem die niet gaar is en dat wil je natuurlijk niet! Bak de taartbodem daarom van tevoren even blind.
4. Als je wilt voorkomen dat de taartbodem klef wordt, doordat het vocht uit de vulling – dat je meebakt – in het deeg trekt. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een quiche of custardtaart. Om er zeker van te zijn dat de bodem knapperig blijft, bak je deze van tevoren kort blind. Een kleffe bodem kan elke heerlijke taart bovendien verpesten.
Tip: vergeet niet dat je de taartbodem in de vorm laat zitten als de vulling er pas bij de tweede bakronde in gaat. Het is dan onnodig om de bodem te lossen, omdat deze toch nog een keer af moet worden gebakken in de vorm.
Hoe bak je blind?
Zorg allereerst dat je een recept hebt voor een deeg waarmee je de taartbodem wilt gaan maken. Verder heb je nodig:
– Een vlaaivorm
– Een bakpapiertje of aluminumfolie
– Gedroogde bonen of een andere blindbakvulling, zoals rijst, spliterwten of speciale bakbonen.
Als je het deeg hebt bereid, rol je dit uit tot een vierkante plak die een paar centimeter groter is dan de vorm. Zo weet je zeker dat de plak deeg in de vorm past en je ook de randen van de vorm kunt bedekken. Voordat je de vorm bekleedt met het deeg, vet je deze in met bakspray of wat boter. Knip een bakpapiertje op het juiste formaat en verwarm ook alvast de oven voor op 180 ⁰C. Nadat je de vorm hebt gefonceerd met het deeg, leg je het bakpapiertje erop en strooi je de gedroogde bonen overheen.
De oven
Doorgaans wordt een taartbodem dat blind gebakken moet worden voor 15 tot 20 minuten in de oven geplaatst op 180-200 ⁰C. Als de bodem nog niet gaar is, kun je deze zonder bonen nog een paar minuutjes bakken in de oven.
De gedroogde bonen die je gebruikt hebt als ‘blinde vulling’ kun je niet meer eten. Bewaar ze in een pot, want je kunt ze natuurlijk wel gebruiken als je weer een taartbodem gaat blind bakken.
